Theorie van de vrije markt
De evolutie van de thuisconsole is nog steeds bezig en ook nu strijden de drie belangrijkste producten (die van Sony, Nintendo en Microsoft) om de eerste plaats op spelcomputergebied. Sony deed dat door hardwarematige superioriteit, Nintendo door op een specifieke doelgroep te mikken en Microsoft door de beste online structuur te bieden. Maar goed, ze beconcurreren elkaar en proberen de meeste zieltjes te winnen voor hun apparaat. Door de keuzemogelijkheid hebben gamers indirect invloed op de bedrijven: de producten moeten immers hun best doen om een goed apparaat af te leveren, want doen ze dat niet, dan zijn ze hun klanten en daarmee hun geld kwijt. De hijgende adem van de concurrenten drijft hen ernaar om de best mogelijke producten voor de beste prijs aan te bieden.
Dit mechanisme van concurrentie dreigt nu weg te vallen bij het zogenaamde cloud-based gaming. Bij deze manier van gamen wordt een spel op een externe server gedraaid en wordt het naar het beeldscherm van de consument gestreamed. Hierdoor heeft de speler geen eigen, dure hardware nodig om up to date te blijven: zolang zijn internetverbinding snel genoeg is, kan hij elk nieuwe game spelen die hij wil. De benodigde hardware wordt immers geleverd door het steaming-bedrijf, waar de spellen draaien.
Welles, nietes en alles wat er tussenin zit
Er zijn inmiddels meerdere van zulke bedrijven actief, maar één daarvan, OnLive, heeft onlangs een patent toegewezen gekregen op de technologie achter cloud gaming. Dit zou kunnen betekenen dat de concurrenten met hun huidige producten inbreuk maken op het patent van OnLive, en daar zou OnLive hen in theorie voor kunnen aanklagen. Of dit zal gebeuren is een tweede, want de baas van het bedrijf, Steve Perlman, heeft al aangegeven dat hij liever “een regeling treft” dan dat hij een rechtszaak aanspant.
Daarnaast is het maar de vraag in hoeverre OnLive daadwerkelijk andere bedrijven aan kan klagen voor inbreuk op het patent. Zo heeft baas Dave Perry van de voornaamste concurrent van OnLive, Gaikai, al aangegeven dat hij niet bang is voor een eventuele rechtszaak. Hij verklaart dat zijn technologie compleet anders is dan die van OnLive en dat hij niet verwacht dat het algemene concept van ‘remote gaming’ patenteerbaar zou zijn. Daarnaast geeft hij aan dat ‘remote gaming’ in de jaren ’70, ’80 en ’90 werkt gebruikt door bedrijven die daar eerder mee waren dan Onlive en Gaikai. Ten slotte zegt Perry dat Gaikai zelf een aantal patenten heeft en zoveel mogelijk probeert om uit het vaarwater van de concurrenten te blijven.
Mocht OnLive toch een patent krijgen, dan heeft dat voor gamers een aantal negatieve gevolgen. In het algemeen is een markt met één speler slecht voor de ontwikkeling en innovatie; waarom zou je immers duur onderzoek doen om je product te verbeteren als je toch de enige bent waar mensen hun producten kunnen kopen? Daarnaast zal een monopoliepositie van OnLive op de cloud-based-markt betekenen dat concurrentie op het gebied van gamesaanbod ook verdwijnt en daarmee zullen vooral Budgetgamers gedupeerd worden. Waarom zou OnLive immers nog proberen met aanbiedingen te komen als ze toch de enige zijn die de spellen aanbieden? Een dergelijk situatie deed zich al eerder voor bij de PSP Go, waarbij er ook maar één aanbieder was en games gemiddeld in hun speciale shop duurder waren dan in de reguliere winkel.
Hoewel het dus nog niet zeker is wat het effect van het patent zal zijn, is het wel interessant om te kijken naar de mogelijke gevolgen ervan. Wat vinden jullie bijvoorbeeld van het monopolie dat mogelijk voortvloeit uit het patent? Moet een bedrijf het alleenrecht krijgen als ze veel geld heeft uitgegeven en daardoor uiteindelijk een baanbrekende uitvinding doet, zoals het cloud-based gaming? Of moeten de consumenten in bescherming genomen worden en moet er op toegezien worden dat OnLive geen monopoliepositie krijgt?