Sinds Codemasters het in 2010 aandurfde om na veel stille jaren eindelijk weer eens een Formule 1-game uit te brengen, hield ik in eerste instantie mijn hart vast. Gelukkig bewees Codemasters dat het de koningsklasse van de racerij waardig in gamevorm kon gieten en zo kan het gebeuren dat we inmiddels alweer bij F1 2013 zijn beland, dat op de Xbox 360, PlayStation 3 en PC uitkomt. Natuurlijk heeft Codemasters weer het nodige sleutelwerk in de gamepits uitgevoerd, waardoor alle nieuwe coureurs aanwezig zijn (Guido van de Garde!), de besturing van de bolides verbeterd is, het penaltysysteem en de banden geüpdatet zijn, het er weer net wat mooier uitziet en de AI van de computertegenstanders behoorlijk verbeterd is. Volgens Codemasters reageert de AI nu dusdanig op jouw rijstijl. Zo wordt de verkeerde lijn aanhouden in een bocht snel opgemerkt, waarna je de volgende ronde ongetwijfeld het haasje zult zijn. Een andere slimme nieuwigheid is de mogelijkheid om een race ‘mid-session’ op te slaan. Dit omdat de langere racelengtes natuurlijk nogal wat concentratie vergen, en veel gamers door het gebrek aan zo’n savemogelijkheid bijna allemaal voor de kortste versie kozen.
De grootste trekpleister van deze nieuwe F1-game moet echter komen van de F1 Classics Edition, waarbij grote namen uit de jaren ’80 en ’90 de racegelederen versterken. Denk aan namen als Alan Prost, Nigel Mansell, Gerhard Berger, Mario Andretti, Damon Hill en zo kan ik nog wel even doorgaan. Natuurlijk zijn deze grootheden vergezeld van hun bijbehorende bolides én mogen we ook nog vier nieuwe racebanen begroeten (Imola, Circuito De Jerez, Brands Hatch & Estoril). Hier stoten we echter ook meteen tegen het grootste minpunt, namelijk dat er twee verschillende versies van de game verschijnen. In de F1 2013 Classics Edition heb je voor €69,95 daadwerkelijk de beschikking over al de 17 klassieke coureurs, 11 bolides en 4 nieuwe banen. De Standard Edition, die 10 euro minder zal kosten, moet het doen met 10 klassieke coureurs, 5 bolides en slechts 2 nieuwe banen (Brands Hatch & Circuito De Jerez). Aan de ene kant snap ik het prijsverschil wel, maar ik ben bang dat veel F1-gamers toch snel voor de iets goedkopere versie zullen gaan en zo de andere mooie extraatjes gewoon zullen missen. Neemt niet weg dat F1 2013 voor de fans van racegames natuurlijk een game blijft die je zeker niet links mag laten liggen.
Het was in Most Wanted, het vorige deel in de Need for Speed-serie, al duidelijk te merken dat Criterion (bekend van Burnout) aan het roer stond. Dit ging zo ver dat Need for Speed vorig jaar, met een beetje overdrijven, een nieuwe Burnout genoemd kon worden. Dit jaar neemt Ghost Games (met werknemers die onder andere aan Forza en Project Gotham Racing gewerkt hebben) het stokje over, maar tijdens de presentatie werd al snel duidelijk dat de lijn van vorig jaar gewoon wordt doorgezet.
De snelle gameplay is namelijk grotendeels behouden in Rivals, al ligt de nadruk dit keer iets minder op het ontwijken van ander verkeer. Bij het opstarten van de PlayStation 4-versie vallen de flink verbeterde graphics direct op en er zijn ook andere belangrijke veranderingen. Allereerst is de structuur aangepast, waarbij de speler nu zelf kiest wat voor doelen hij wil afwerken om nieuwe auto’s te kunnen vrijspelen. Daarbij is het in deze Need for Speed ook weer eens mogelijk om als politie te spelen in de spannende achtervolgingen. Iets wat ook geïntegreerd zit in de doellijsten.
De grootste vernieuwing volgens Ghost Games zelf, is dat de single- en multiplayer ditmaal echt volledig met elkaar geïntegreerd worden. Dit soort uitspraken hebben we al vaker gehoord, maar in de speelsessie kwam naar voren wat hiervan de impact zou kunnen zijn. Wanneer jij een race probeert te halen en de politie je op de hielen zit, kan dit zomaar een speler zijn die aan de andere kant van de wereld zit én wiens doel het is om uitgerekend jou te stoppen om zo zelf een nieuwe wagen vrij te spelen. Het leuke is dat dit allerlei nieuwe interactievormen oplevert: de politie, die ene idioot die je de pas afsneed of die ongrijpbare tegenstander: het zijn allemaal rollen die online door echte mensen vervuld worden, terwijl ieder zijn eigen doelen afwerkt. Hiernaast is het zelfs mogelijk, wanneer je niet op de console speelt, om andere spelers te helpen of te hinderen door via een tablet wegblokkades, een helikopter of extra nitro naar het spel van een vriend te sturen.
De nieuwste telg in de Need for Speed-serie doet niets extreem verrassend, maar lijkt weer voor heel wat uren spelplezier te zorgen. De integratie van sociale functies in games hebben we wel vaker gezien de afgelopen jaren, maar ditmaal lijkt het daadwerkelijk een extra dimensie toe te voegen aan de game.
In The Crew wordt in een open wereld geracet genaamd… Amerika! Niet letterlijk heel Amerika, dat zou misschien ook wat saai worden, maar de bekendste steden en gebieden zijn in The Crew digitaal nagemaakt. Zo zagen we in de presentatie Miami, Detroit, New York en Las Vegas voorbijkomen, die allemaal hun eigen typische sfeer hadden en er bovendien heel goed uitzagen. Sowieso ziet The Crew er erg mooi uit, waarbij vooral de lichteffecten, zoals in vrijwel alle next-gen racegames, meteen opvallen.
Deze open wereld kun je in je eentje verkennen, maar ook met een crew van maximaal vier racers. Wie zo’n crew gevormd heeft, hoeft niet per se alle races samen af te werken, maar kan ook nog steeds zijn eigen gang gaan. Het gaat gewoon om het idee van samen het spel door te spelen. De races die je doet bestaan vaak uit checkpointraces. Het leuke is dat deze controlepunten zo zijn verspreid dat je vaak kunt kiezen tussen de snelste weg dwars door natuurgebieden, omrijden over het snellere asfalt of eerder een combinatie van beide. Dit bleek tot erg leuke achtervolgingen te leiden in de speelsessie.
The Crew zal ook een soort van verhaal bevatten waarbij je met verschillende personages de wereld verkent, maar hier is verder nog niets over bekend. De ontwikkelaars gaven overigens aan dat het minimaal anderhalf uur kost om van de Amerikaanse westkust naar de oostkust te rijden en dat je daar off-road ongeveer een uur bij op mag tellen. Zéér indrukwekkend. Deze game zoekt het midden tussen realisme en pure fun en daardoor doet The Crew nog het meest denken aan de vorige Need for Speed-delen, maar juist door de opvallende combinatie van on- en off-road racen, gans de Verenigde Staten als immense spelwereld en de nadruk op de coöperatieve functies, lijkt The Crew toch een eigen te smoel te krijgen.
Het laatste rondje?
Het meest bijzondere aan Gran Turismo 6 is dat de game in eerste instantie slechts naar de PlayStation 3 komt in plaats van naar Sony’s nieuwste console. Daardoor lijkt de stap voorwaarts ten opzichte van het vijfde deel niet heel groot. De graphics zien er weer wat mooier uit en er zijn nu meer dan 1200 auto’s te besturen, waaronder meer premiumversies (beter afgewerkte auto’s met realistische cockpit views). Toch is het moeilijk om Gran Turismo 6 niet direct te vergelijken met het veel mooiere Forza 5 of #Driveclub. Leuk voor autofans is verder, dat Polyphony Digital het voor elkaar heeft gekregen om een aantal bekende auto- en lifestylemerken (Nike, Jordan) een concept car voor de game te laten ontwikkelen. Het past natuurlijk allemaal in het Gran Turismo-wereldje, maar eerlijk gezegd vinden wij dat Sony’s nieuwe console ook gewoon de nieuwe Gran Turismo had moeten hebben.
Ook WRC 4 komt nog naar de huidige generatie consoles. WRC 4 is volgens de ontwikkelaar absoluut geen simpele upgrade van WRC 3, maar wél een compleet andere game. Deze uitspraak trokken we al snel in twijfel doordat er vooral verbeterpunten werden aangegeven ten opzichte van de weinig overtuigende voorganger. De gameplay in WRC 4 wordt nu meer gevarieerd: WRC-fans kunnen losgaan in een volbloed simulatie, terwijl beginners makkelijk meedraaien dankzij alle hulpfuncties. Verder is wederom de carrièremodus vernieuwd en werk je jezelf op van rookie tot pro in het professionele rallycircuit. De grootste vernieuwing is dat elke stage nu op verschillende tijdstippen kan gereden worden, wat dus steeds een andere ‘feel’ geeft aan de track. Of dit alles daadwerkelijk een compleet andere game oplevert, zal de finale versie moeten uitwijzen.
Trends in het racegenre
Na zeven(!) nieuwe racegames op de Gamescom 2013 te hebben gespeeld, waren er een aantal opvallende zaken te benoemen. Allereerst over de graphics van de nieuwe generatie consoles: wat een verschil wordt hier gemaakt! Vooral details in de omgeving en uitzichten kilometers verderop kunnen nu veel beter in beeld worden gebracht. Daarnaast zorgen vooral de lichteffecten voor een heleboel opvallende momenten. Elk van de besproken next-gen racegames geeft prachtige luchten weer en speelt met de felheid van de zon, waarbij je dus op een uiterst realistische manier verblind wordt wanneer de zon heel laag staat. Je zou er bijna je zonnebril bij opzetten.
Niet alleen de graphics vallen op dit jaar, maar ook dat - hoewel de soorten racegames uiteenlopen – ze toch steeds meer de realismekaart trekken. Elk van de games heeft realistische automodellen van echt bestaande merken. Geen van deze games is dan ook een echte volbloed arcaderacer te noemen. Daarnaast vormt ‘customization’ ook een belangrijk thema. Terwijl de vorige Need for Speed dit grotendeels had weggelaten, bleken er toch veel fans te zijn die de mogelijkheid om te sleutelen aan de bolides misten. En daar houdt het niet op, want eigenlijk valt er in alle besproken racegames wel wat te sleutelen. Of dit de sleutel tot succes is, blijft vooralsnog de vraag, maar het is in ieder geval duidelijk dat de autofanaten in 2013/2014 meer dan ooit aan hun (op)trekken lijken te komen.