Het F1 2022-seizoen heeft grote veranderingen gebracht in de racewereld. De auto’s moesten volledig opnieuw ontworpen worden, voornamelijk zodat het beter mogelijk zou worden om vlak achter elkaar te rijden en dus om te concurreren voor positie op de baan. De gevolgen hiervan zijn nu al zichtbaar; Mercedes is niet meer oppermachtig, Ferrari doet weer mee en de auto’s op de baan liggen minder absurd ver van elkaar af dan voorheen. Jaarlijkse sportgames staan niet bepaald bekend om grote verschillen tussen de elkaar opvolgende delen. Is F1 22 een uitzondering op deze regel?


Nee. Het antwoord is nee. Dat zal voor veel gamers die vaker sportgames spelen niet als een verrassing komen. Er zijn uiteraard wel subtiele veranderingen doorgevoerd, maar deze zijn niet zo radicaal als je op basis van de veranderingen in regulaties zou verwachten. Misschien de grootste verandering is de toevoeging van VR (dat helaas niet getest kon worden voor deze recensie). Fanatieke simracers roepen al jaren om ondersteuning voor VR, aangezien dat natuurlijk de immersie naar nieuwe hoogtes stuwt. Het is goed om te zien dat aan dat verzoek nu eindelijk gehoor is gegeven.


Andere veranderingen zijn wat minder groots opgezet. Vanzelfsprekend zijn alle modellen van de auto’s vervangen door hun nieuwste variant, wat ook veranderingen in het gedrag van de physics en de banden met zich meebrengt. Verwacht daar niet de wereld van, zeker niet als je uitsluitend met een controller speelt, maar ik vond de rijervaring wel wat boeiender dan in F1 2021. De remmen blokkeren wat makkelijker, waardoor ik als een volleerde Lewis doorschoot in bocht 1 van Baku. Ook is beheersing vereist met het intrappen van het gaspedaal bij het uitkomen van een bocht, aangezien je makkelijker in een spin geraakt. Uiteraard kun je nog steeds zelf kiezen hoeveel assists je aan of uit wil zetten, waardoor het ook mogelijk is om deze veranderingen vrijwel helemaal te negeren en het spel als een ouderwetse arcade-racer te spelen. Sowieso is het spel ondanks de veranderingen nog altijd zonder twijfel een zogeheten simcade; een die eerder naar arcade dan naar simulatie neigt.


Een andere fijne toevoeging is het nieuwe circuit van Miami. Dit is een uitdagend circuit en daardoor erg leuk om op te racen. Hiervoor worden echter wel de Grands Prix van Rusland en China ingeruild, waardoor het uiteindelijk aantal circuits uitkomt op 23 tegenover de 24 in F1 2021. Sommige circuits zijn ook geüpdatet om aan te sluiten op de werkelijkheid, zoals Spanje, Australië en Abu Dhabi. Andere circuits, zoals de Red Bull Ring en Spa-Francorchamps, hebben deze behandeling (nog) niet gekregen.
Toevoegingen die wat minder weten te bekoren zijn F1 Life en Supercars. Eerstgenoemde is een online sociale ruimte waarin je trofeeën kan laten zien, verzamelde auto’s tentoongesteld worden en allerlei voorwerpen die verzameld zijn d.m.v. de terugkerende Podium Pass te zien zijn. Het doel van deze modus lijkt vooral te zijn om spelers een manier te geven om hun in-game valuta te spenderen en om de Podium Pass wat aantrekkelijker te maken. De Supercars zijn dure sportauto’s die om een of andere reden aan de game zijn toegevoegd; iets meer dan een handvol. Het is best geinig om met een dure McLaren op een F1-circuit te rijden, maar eerlijk gezegd doen veel concurrenten in deze autoklasse het beter qua rijgevoel. Deze auto’s zullen waarschijnlijk niemand lang van de F1-wagens weghouden.


Vorig jaar werd Braking Point geïntroduceerd; een singleplayer-modus die poogde een Drive to Survive-achtige ervaring te bieden. Dit was een leuke manier om nieuwkomers te introduceren aan de game. Deze modus is nu verdwenen. Hoewel Braking Point in slechts een aantal uurtjes uit te spelen was, is het toch jammer dat de enige noemenswaardige singleplayer-modus nu de carrière is. Deze is gelukkig wel ouderwets uitgebreid en geheel naar eigen smaak in te richten. Wil je in een raceweekend de volledige oefensessie rijden en zo punten voor je R&D-afdeling verdienen? Dat kan. Maar je kan er ook voor kiezen om enkel een kwalificatie van één rondje te rijden om daarna een race van vijf rondes te voltooien. Je kan er ditmaal zelfs voor kiezen om pitstoppen er uit te laten zien zoals op TV.


Grafisch zijn geen grote veranderingen waarneembaar. Het spel ziet er nog altijd prima uit, vooral in natte weersomstandigheden, maar het is vaak duidelijk dat de game nog met één been in de vorige generatie staat. Voor de volgende grote stap zullen we nog even moeten wachten tot de engine op de schop gaat. Gelukkig draait het spel wel uitstekend en is er geen sprake geweest van bugs of crashes tijdens het testen. Er is in dit deel ook ondersteuning voor FSR 1.0 (helaas niet voor het veelbelovende FSR 2.0) en DLSS, dus ook de wat oudere systemen zouden de 60 FPS of hoger moeten kunnen aantikken met behulp van deze technieken.
Ook online lijkt er weinig veranderd te zijn aan een formule die al goed in elkaar stak. In de week voorafgaand aan een raceweekend in de echte wereld staat het circuit van dat raceweekend centraal in de Weekly Race. Spelers hebben dan de hele week om te oefenen en een goede kwalificatietijd neer te zetten, om in het weekend de strijd met elkaar aan te gaan. Dit blijft een leuke manier om het raceweekend mee op te fleuren.


Conclusie
F1 22 bouwt subtiel voort aan het sterke fundament dat gelegd werd door F1 2021. De rijervaring is weer iets boeiender geworden voor degenen die bereid zijn om wat assists uit te zetten, de carrière is uitgebreid als altijd en goed voor tientallen uren raceplezier en ook de online Weekly Races zijn weer tof. Het spel doet niet veel om fans die F1 2021 al grijs gespeeld hebben te overtuigen om meteen de nieuwste telg in huis te halen. Voor hen zal het afhangen van beschikbaarheid tot een goede VR-setup of het belang dat ze toekennen aan de nieuwste automodellen en circuits. F1 22 is simpelweg wederom een sterke simcade-racer geworden.