Niet iedereen was even blij met deze ontwikkeling. Eén van de felle tegenstanders ervan was B., een man van in de dertig die ik enkele dagen geleden in de trein ontmoette. Op de rit van Leiden naar Utrecht kwam hij naast me zitten en hij zag dat ik een DS bij me had. Hij keek me een beetje vies aan, totdat ik hem begon uit te leggen dat ik een game moest recenseren en daarom de handheld van Nintendo bij me droeg. B. keek opgelucht en ik stak ik het apparaatje terug in mijn broekzak terwijl ik hem vroeg wat hij tegen de DS had; ik had het vermoeden dat dit een lang verhaal zou worden.
Pioniers en oude garde
B. speelde al spelletjes sinds de Commodore 64 en andere consoles uit de tijd dat je op verjaardagsfeestjes nog uitleg moest verschaffen als je zei dat ‘gamen’ een van je hobby’s was. Hij voelde zich duidelijk een pionier op het gebied van games en hij wilde zijn positie als ‘lid van de oude garde’ dan ook graag laten blijken. Hij was er trots op dat hij gamen ‘ontdekt’ had en spuugde op dat massavermaak dat tegenwoordig in de gamesindustrie werd gefabriceerd. De introductie van de Wii en de daaropvolgende opkomst van de non-gamer deden voor hem helemaal de deur dicht; dat een groot deel van de jonge generatie zijn hobby had afgepakt was al erg genoeg, maar nu ook nog huisvrouwen en oma’s? Dat mocht nooit gebeuren!
En dus liet B. van zich horen. Hij schreef opiniestukken op gameswebsites over de verloedering van de gamesmarkt en verkondigde tegen iedereen die het maar wilde horen dat “Nintendo haar trouwe achterban verried”. ‘Wii’ vond hij een vies woord; geen enkele zichzelf respecterende gamer zou zo’n wit apparaat aanschaffen, toch? Nee, de echte gamer kocht een PlayStation 3 of een Xbox 360.
Maar hoe B. ook tekeerging tegen de zogenaamde teloorgang van de gamingindustrie, het mocht niet baten. Het aantal non-games nam hand over hand toe en steeds meer hardcore toptitels hadden te kampen met tegenvallende verkoopcijfers. Het tij leek zich toch echt te keren en de nieuwe doelgroep begon steeds meer terrein te winnen. Dat was voor B. een teken dat hij zich nog harder moest verzetten en dat hij zijn territorium moest beschermen tegen deze nieuwe invloeden van buitenaf. Hij was er immers eerst.
Bekrompenheid
Ik begon een beetje medelijden te krijgen met B. Het geeft naar mijn idee blijk van een ontzettende bekrompenheid om je te verzetten tegen veranderingen in het algemeen en zeker op de gamesmarkt wordt de kleinzieligheid van types als B. pijnlijk duidelijk. Veranderingen zijn onvermijdelijk, zeker als ze, zoals in dit geval, onderhevig zijn aan de wet van vraag en aanbod: nu grote groepen het gamen hebben ontdekt, stijgt de vraag in die segmenten, waar het aanbod dan weer op in zal spelen. Waar ‘hardcore gamers’ (een niet-bestaande en ongedefinieerde groep waar B. zich graag toe rekende) vroeger 100% van de markt uitmaakten, is dat nu veel minder. Het is dan ook niet onlogisch dat er tegenwoordig maar zo weinig hardcore games uitkomen: dat is nu eenmaal het gevolg van het feit dat ‘zijn’ groep de markt niet meer domineert.
Met deze gedachten in mijn achterhoofd en mijn trein inmiddels op driekwart van de reis, brak het tweede gedeelte van B.’s verhaal aan: de zogenaamde ‘vroeger’-verhalen. Zoals je opa wel eens vertelt over de tijd dat de Duitsers nog Nederland bezetten, zo begon B. over de tijd van Pacman in de speelhal en de tijd dat “games nog moeilijk waren”. De huidige generatie games stelde niets voor, zo vond B.; in zijn tijd, toen was gamen nog pittig! Toen zat je uren achter elkaar met vrienden op zolder om te proberen die laatste eindbaas te verslaan of je eigen highscore te verbeteren. Met dat soort jongens kon je de oorlog winnen, maar de huidige generatie was daar te zwak voor en zou dat nooit snappen.
Gelukkig reed de trein op dat moment het station van Utrecht binnen en kon ik B. eindelijk verlaten. Ik zei hem vriendelijk gedag en stapte op de bus, alwaar ik mijn DS met Brain Training weer uit m’n broekzak haalde. “Je leert het nog wel,” dacht ik terwijl ik met een glimlach de puzzeltjes van Dr. Kawashima begon op te lossen.