Het openingskwartier van The Last of Us laat ons met verstomming achter. De tragische openingsact legt onze maag immers in een zeemansknoop en laat net geen traan over onze wangen gaan. Het is al in die eerste vijftien minuten dat we beseffen dat The Last of Us niet het zoveelste oppervlakkige zombie-avontuur is geworden. Naughty Dog tilt dat uitgewoonde uitgangspunt naar een véél hoger niveau en spreekt in de ruim twaalf uur durende trip naar de aftiteling meermaals de brede waaier van diepmenselijke emoties aan.
De troosteloze toekomst die deze game schetst, is er één waar de drang om te overleven is doorgeslagen tot in het extreme. Twintig jaar na de uitbraak is de mensheid haast volledig ten prooi gevallen aan het besmettelijke fungus-virus en de weinige overlevenden proberen de dag door te komen in allerlei grootstedelijke quarantainezones; alwaar de krijgswet de dictatoriale plak zwaait. In deze uitzichtloze situatie maken we opnieuw kennis met het hoofdpersonage Joel. Een gevalletje ‘ruwe bolster, blanke pit’. Voor altijd getormenteerd door de noodlottige gebeurtenissen uit ’t verleden, doch verhard door de alledaagse gruwel. Een rebel ook, want samen met partner in crime Tess heeft hij het niet zo begrepen op de door de regering opgelegde regeltjes en verlaat hij regelmatig de streng beveiligde nederzettingen om voedsel, wapens en munitie te smokkelen. Tot je na een samenloop van omstandigheden door de leider van de verzetsgroep Fireflies wordt opgezadeld met de opdracht om de veertienjarige Ellie buiten de veilige omwalling van de militaire zones te smokkelen. Het contrast tussen beide personages kan niet groter zijn: hij zag de wereld veranderen in de rotte plek die het nu is, zij werd geboren na de uitbraak en heeft nooit anders gekend. Het is aanvankelijk flink tegen de zin van Joel om haar mee te nemen, maar Ellie is met haar immuniteit voor de mysterieuze infectie uitgerekend dat ene sprankeltje hoop om de mensheid van zijn ondergang te redden. Wat volgt is een uitputtende en hachelijke reis, verspreid over vele maanden en jaargetijden, dwars door een geïnfecteerd Noord-Amerika. Wat eveneens volgt hoort makkelijk bij het beste dat we dit jaar (of meer nog: deze generatie) hebben gespeeld.
Karakterontwikkeling
Niet zozeer de gevaarlijke trip zelf, maar de personages en hun relatie tot elkaar vormen het zwaartepunt van The Last of Us. De karakterontwikkeling wordt dan ook tot in de perfectie uitgevoerd. Het zit ‘m hier in de details. Wanneer Ellie voor ’t eerst een stap buiten de quarantainezones zet, geeft ze haar ogen de kost. Haar eerste boswandeling gaat niet onopgemerkt voorbij en ze staat ook even stil bij de indrukwekkende skyline van een Amerikaanse metropool. Bij iedere locatie uit ze haar gedachten en stelt ze vragen over het verleden. Die vaak banale conversaties tussen een volwassen man die juist dat verleden probeert te verdringen en een enthousiast pubermeisje dat de wereld voor het eerst ontdekt, voegen op subtiele wijze veel meer toe aan het verhaal dan een lang uitgesponnen uiteenzetting over hoe uitzichtloos de situatie wel niet is. Daadwerkelijk alles staat in dienst van de twee personages en de groei die ze samen doormaken. Naughty Dog weet trouwens als geen ander hoe een geloofwaardig verhaal neer te zetten. De studio uit Santa Monica zocht bovendien een uitstekende cast bij elkaar en het resultaat mag er dan ook wezen. Troy Baker (die zich ook al van zijn beste kant liet zien als Booker in BioShock Infinite) en Ashley Johnson brengen Joel en Ellie op fenomenale wijze tot leven, maar ook de nevenpersonages worden stuk voor stuk uitstekend vertolkt. De meest hartverscheurende momenten worden op filmische wijze aan de man gebracht en hoewel de onvermijdelijke clichés weliswaar aanwezig zijn, wordt de emotionele impact er daarom niet minder op. Je voelt je emotioneel betrokken bij de hoofdpersonages en dat wijst sowieso op een bijzonder sterk scenario. De ingetogen soundtrack van tweevoudig Oscarwinnaar Gustavo Santaolalla die steeds op het perfecte moment een onheilspellend streepje muziek toevoegt, maakt het plaatje daarbij compleet.
Overlevingsdrang
De eigenlijke gameplay sluit netjes aan rond het centrale overlevingsthema. The Last of Us is (om onze columnist Jan Meijroos zomaar even te quoten) meer survival-horror dan de laatste Resident Evil en Dead Space bij elkaar. De spectaculaire set pieces met Hollywoodiaanse trekjes zoals we ze uit de Uncharted-trilogie kennen, laat Naughty Dog hier veelal achterwege. Het tempo waarmee je door de prachtig vormgegeven post-apocalyptische wereld struint, ligt opvallend lager. Je doorzoekt iedere locatie naar munitie en alledaagse gebruiksvoorwerpen die je via een eenvoudig craftingsysteem kunt omzetten in steekwapens, spijkerbommen, molotovcocktails of EHBO-kits om je gezondheidsniveau mee op te krikken. Een must als je het lang wilt uitzingen in deze helse wereld. Een goed voorbereide speler is er immers twee waard. Wanneer er vijanden opduiken is The Last of Us namelijk altijd ongemeen spannend. Slachtoffers van de fungusinfectie komen in verschillende vormen en maten, die naargelang het stadium van de mutatie steeds minder menselijke trekjes vertonen. Runners lijden vooral aan lichte vervormingen en lijken nog het meest op ouderwetse zombies. Zoals hun naam ongetwijfeld doet vermoeden zijn ze behoorlijk snel en zodra ze Joel en Ellie in de gaten krijgen, stormen ze massaal op hen af om hen met lijflijke aanvallen te doden. Clickers zijn trager, maar eveneens veel krachtiger en dus ook dodelijker. Door de verregaande verminking ten gevolge van de infectie die door hun lijf giert, zijn ze blind en moeten ze net als vleermuizen vertrouwen op hun echolocatiesysteem om je op te sporen. Een aanval van een blinde Clicker leidt altijd tot een gruwelijke dood. De klikgeluiden die ze produceren boezemen dus oprecht angst in. Een directe confrontatie wordt daarom best zo veel mogelijk vermeden. De wereld wordt daarenboven bevolkt door niets ontziende bendes die indringers doden om ze van hun spullen te beroven. De menselijke tegenstanders zijn intelligenter en vereisen een compleet andere aanpak dan de gemuteerde gedrochten, maar ook hier blijft zo lang mogelijk onzichtbaar blijven veruit de beste tactiek.
Sluipen
Want ja, eigenlijk is The Last of Us diep van binnen gewoon een stealthgame van de betere soort. Hoewel je doorgaans zelf kan kiezen hoe je iedere situatie aanpakt, blijft het vrijwel altijd verstandiger om de directe confrontatie uit de weg te gaan. Om munitie te besparen voor de momenten waarop je de kogels het hardst nodig hebt, maar vooral om ongeschonden uit de bikkelharde strijd te komen. Joel is een overlever, geen stoere actieheld. De game werpt wel een handig hulpmiddel toe: door de rechtertrigger in te drukken ga je in de ‘luistermodus’ om zo op basis van geluiden een visuele representatie te krijgen van hoe dichtbij of veraf de vijand zich bevindt. Wanneer je geruisloos voorbij een groepje gemuteerde gedrochten sluipt is de spanning om te snijden en balanceren we wat onvoorzichtig op het puntje van onze stoel. En Ellie? Die is altijd in je buurt, wijst je zo nu en dan op de aanwezigheid van vijanden en kan wanneer nodig haar mannetje staan in de gevechten. Het roept wat herinneringen op aan Elizabeth uit BioShock Infinite, waarmee we uiteraard bedoelen dat Ellie zelfstandig genoeg is om The Last of Us niet te degraderen tot een vervelende escortmissie zoals we ze vroeger iets te vaak hebben gespeeld. Toch is niet alles goud dat blinkt: terwijl jij je zo stil mogelijk probeert te houden, durft Ellie (of een ander computergestuurd personage in je kielzog) al eens een lawaaierig sprintje te trekken voor de neus van een vijand. Omdat het spel zo is geprogrammeerd dat een vijand niet op de fratsen van Ellie reageert, dwarsboomt het je sluipplannetje niet, maar het ziet er wel zeer vreemd uit.
Perfectie bestaat (niet)?
En zo zijn er nog meer kleine dingetjes die we in ons notitieboekje aan de kant van de (let wel op: kleine!) minpuntjes noteerden. De menselijke vijanden slaan met hun schijnbaar onbeperkte munitie een beetje de algehele illusie aan diggelen en ook het zeulen met ladders/planken om eenvoudige omgevingspuzzels op te lossen, komt voor ons gevoel zo vaak terug dat we er op een gegeven moment onze buik vol van hadden. Maar ach, laten we vooral niet zeuren om te zeuren, want de keren dat onze kaak van verbazing op de grond hing, was niet bij te houden en veegt al die kleine frustraties makkelijk van tafel.
Daarom eindigen we deze bespreking zoals we ‘m begonnen zijn: The Last of Us laat ons ook daags na de aftiteling met verstomming achter. Naughty Dog perst visueel alles uit de bejaarde PlayStation 3 en stapelt de wauw-momenten moeiteloos op. Het verhaal heeft ons bij momenten daadwerkelijk geëmotioneerd, het acteerwerk is voortreffelijk en de soundtrack geniaal in al zijn eenvoud. De ‘ondeugende honden’ hebben een spel gemaakt dat – hoe traditioneel de eigenlijke gameplay ook moge zijn – keer op keer weet te verrassen en dat is gezien de speelduur van zo’n twaalf à vijftien uur (naargelang je exploratiedrang) geen sinecure. En daar komt de degelijk uitgewerkte multiplayer-modus nog eens bovenop. Factions (zoals de online modus heet) is niet iets waarvoor we de game blijvend zullen herinneren, maar afgezien daarvan toch interessant genoeg om de speelduur met enkele dagen te verlengen. Hoe het ook zij, voor The Last of Us schalt de loftrompet door de speakers van de Budgetgaming-redactie. De topscore is hier dan ook op zijn plaats.
Deze review is geschreven door Davy De Rauw
Oordeel The Last Of Us (PS3)
- Graphics 95
- Gameplay 90
- Originality 80
- Sound 90
- Replay 80
- Eindcijfer 92