Tja, als je een nieuwe console van Nintendo koopt
hoort daar natuurlijk een Mario-game bij. Deze traditie van het Japanse
bedrijf hebben ze alleen geschonden met de Gamecube dus is er voor de
DS gekozen om gewoon met een Mario-game te beginnen. Helaas is het geen
nieuwe maar kan deze genoeg boeien om een aanschaf te rechtvaardigen?
Om het verhaal hoef je de game niet te kopen. Deze
keer zijn naast Princess Peach ook Mario, Luigi en Wario gevangen
genomen. Zoals gewoonlijk is bowser de dader en mag Mar…ow wacht, die
zit ook vast. Wie blijft er dan nog over? Hulp komt van onze groene
dino met de eieren: Yoshi. Dit is even wennen, vooral voor de mensen
die Super Mario 64 gewend zijn. Kom je bijvoorbeeld in aanraking met
king Bob-omb dan heb je een klein probleempje. Yoshi kan namelijk
aanvallen met zijn tong, niet met zijn handen. Er is dus ook geen
enkele mogelijkheid om die megabom op te pakken en weg te smijten zoals
je gewend was. Hier heeft Nintendo iets op gevonden. Je kunt een petje
van Mario vinden en daarmee veranderd Yoshi in Mario. Hij krijgt alle
moves en streken van ons bollige loodgietertje, alleen de geluiden
blijven van Yoshi. Je hoopt dan dat dit later veranderd word want om
nou een heel spel naar het gezoem van dat groene beest te luisteren…
Dat voor later. Mocht je afgelopen half jaar onder
een steen geleefd hebben, Super Mario 64 is een port van het aloude
Super Mario 64 uit 1996. Deze game is nu dus ook te spelen op
Nintendo’s nieuwe handheld en zo zal de Nintendo DS kunnen ontaarden in
een mobiele Nintendo 64. De Japanners hebben het eerder geflikt door
van de Game Boy Advance een mobiele SNES te maken maar gelukkig is het
deze keer anders. Hier kom ik later op terug.
Grafisch doet deze game niet onder voor het origineel, de graphics zijn
zelfs opgepoetst. Textures zitten nu op plekken wat vroeger een egaal
vlak was. Een goed voorbeeld hiervan zijn de boomstammen waar je op
moest lopen om ze te rollen. In het origineel was dit een achthoekig
prisma met een egaal bruine kleur. Nu is het een echte boomstam
geworden met nerven en reliëf. Let wel, dit ziet er alleen mooier uit,
in het lopen zit geen enkel verschil. Wat wel een groot verschil is
zijn de characters. Ik weet nog dat ik eerder dit jaar Super Mario 64
nog eens ging spelen en dat is toch even slikken. Mario leek wel een
blokkendoos en andere characters waren niet veel beter. Op de DS zitten
de characters tussen de Nintendo 64 en de Gamecube in. Ze bestaan uit
meer polygonen en zien er minder blokkerig uit. Hetzelfde geldt voor de
werelden en toen ik Bowser op mijn schermpje zag, keek ik mijn ogen
uit. Hoe ze het voor mekaar krijgen is mij een raadsel maar voor het
detail van zo’n ingewikkeld character op een handheldscherm zag hij er
angstaanjagend goed uit. Moeilijk te omschrijven. De algehele graphics
zijn te vergelijken met de Dreamcast van Sega en dat betekent een mooie
toekomst voor handhelds. Met Super Mario 64 DS luidt Nintendo het
3D-tijdperk in voor handhelds en deze game laat de ware kracht van de
DS nog lang niet zien. O wat is het leven mooi…
De DS heeft 2 speakers naast het bovenste scherm
zitten en hij heeft stiekem 2 koptelefoonaansluitingen. Wat zou een
game dan zijn zonder geluid? Aan de geluidjes zit niks nieuws aan en
dat is jammer. De muziek is precies hetzelfde als op de Nintendo 64 en
Koji Kondo had best een paar nieuwe muziekjes mogen verzinnen voor de
extra levels. Wat mij bijzonder stoorde in het origineel was de muziek
van courses 14 en 15 omdat ze dat deuntje uit de extra levels gepikt
hadden. Hier hadden ze beter een origineel muziekje moeten maken.
Helaas is dit niet verbeterd op de DS. Verder zijn de sound effects
hetzelfde gebleven al zijn er extra effecten bijgekomen omdat je nu ook
met 4 characters speelt. Het zijn de bekende geluiden alleen klinkt
Wario nogal vreemd. Zijn stemgeluid is wat lager als normaal, het lijkt
wel een beschaafde snob (yeah right). Dit klinkt wat vreemd maar is
niet storend of zo. Muziekjes zijn niet irritant maar als je het
origineel gespeeld hebt ken je ze al. Jammer dat daar niets aan
veranderd is.
Dit is voor het eerst dat er in de gamewereld
gebruik word gemaakt van het touchscreen en is vergelijken dus lastig.
Nintendo heeft sinds de E3 geopperd dat het touchscreen de analoge
stick kan vervangen. Dit is ook heel goed mogelijk maar niet op de
manier als in SM64DS. Je kunt met je duim het touchscreen aanraken
waarna er een cirkel verschijnt. Afhankelijk van de richting en de
afstand tot het middelpunt van de cirkel gaat je character sluipen,
lopen of rennen. Dit werkt best prettig al zul je met je duim op een
iets onlogische plaats moeten komen. Ditzelfde euvel is bekend van de
analoge sticks van de Playstation en de plaats van de D-pad op de
Gamecube controller. Dit is echter een kwestie van wennen. Waar het
probleem zit, is wanneer je het touchscreen loslaat. Dan verdwijnt de
cirkel en stopt je character meteen. Op zich lijkt dit niet zo erg,
maar het gebeurt dat het contact tussen je duim en het scherm een
fractie van een seconde wegvalt waardoor je character stopt met lopen.
Na een aantal pogingen wordt dit frustrerend en zul je snel overgaan op
D-pad. Mij levert dit geen problemen op al zit je soms heen en weer te
drukken tussen knopje boven en knopje rechtsboven. Dit went zo en
vervangt de analoge stick prima. Wel is het handig als je de Y-knop
gebruikt voor het rennen anders duurt het te lang om op gang te komen.
Verder is de B-knop voor springen, X voor camera hoogte wijzigen en A
voor aanvallen. Dit werkt intuitief op een klein dingetje na, als je al
rennend iets op moet pakken moet je op een punt de Y en de A-knop
indrukken. Die staan recht naast elkaar dus zul je je wijsvinger moeten
gebruiken voor de Y-knop wat nogal krampachtig werkt. Gelukkig komt dit
niet vaak voor en is dit best te vergeven. Verder gebruik je de
schouderknoppen voor bukken, kruipen en om de camera achter je te
krijgen. Nintendo was hierna door haar knoppen heen en gebruikt knoppen
op het touchscreen om de camera te draaien. Dit alles werkt zeer soepel
en hier heb je normaal weinig problemen mee.
Genoeg over de besturing, de gameplay zelf. Dit is
precies hetzelfde gebleven als op de Nintendo 64 en ook nu is het zaak
om sterretjes te verzamelen. Het zijn er 150 dit keer en dit komt door
een rijtje extra caste secret stars (30 in totaal) en een extra ster in
elk level. De extra sterren hadden wat gevarieerder gekunt, 20 van de
30 nieuwe bestaat uit het zoeken naar 5 silver stars en een schakelaar
waarna je zo snel mogelijk naar de ster moet rennen. Volgende
verandering zijn de extra levels. Deze zijn op een hand te tellen en
zijn kleine tussenleveltjes, vergelijkbaar met het wolkenlevel
tegenover de ingang van Rainbow Road. Drie nieuwe zijn gebieden die de
weg naar een eindbaas volgen. Als je die verslaat krijg je de sleutel
voor een nieuw character en hoef je dus niet constant op zoek naar de
petjes. Als je alle drie de loodgietertjes hebt kun je terug met Yoshi
gaan spelen, aan het begin van het level kun je dan een petje kiezen om
mee te beginnen. Scheelt een hele hoop wisselwerk. Laatste vernieuwing
is het gebruik van drie nieuwe characters. Mario kan bol worden en
zweven en hij kan de wing cap gebruiken. Yoshi kan vuurspuwen, Wario
gebruikt de metal cap en Luigi is kandidaat voor de vanish cap. In de
praktijk speel je meestal met Mario en Yoshi omdat Wario te traag is en
Luigi te hoog springt. Je merkt gewoon dat de game alleen op Mario
gemaakt was. Om het 4-character-effect echt goed te gebruiken had
Nintendo het beste een nieuwe game ontworpen. Dat wil niet zeggen dat
deze game slecht is, integendeel. Het blijft 1 van de beste
3D-platformers uit de geschiedenis en kan gerust mee met de standaarden
van deze tijd.
Er is nog zoveel over deze game te vertellen maar er
is nog 1 puntje wat ik aan wil snijden: de minigames. Iedereen heeft de
E3 via internet, tv of gameblad (of is er geweest, red.) kunnen volgen
en weet dat er op de DS daar vooral demo’s waren te spelen met het
touchscreen. De minigames van SM64DS zijn daar ook het beste mee te
vergelijken. Je gebruikt je stylus om kaartjes aan te tikken, memory
mee te spelen of een katapult mee te bedienen. Ze zijn op een paar
uitzonderingen na zeer leuk om te spelen en er zitten er meer als 30 in
de game. Dit is ook de reden om de game later uit de kast te pakken als
je niet weet wat te spelen. Het verhoogt de replay van de game enorm.
Nu stop ik ermee en rest mij nog een conclusie:
Als je Super Mario 64 nog nooit gespeeld heb, ren nu naar je gameshop
en haal deze game. Ben je weken, zoniet maanden mee zoet. Ken je het
origineel al van voor naar achter dan zou ik even achter mijn oren
krabben om deze te halen. De game kent een hoog seen it, been there,
done that gehalte en je raced er zo doorheen. Je kunt je afvragen of de
toevoeging van 3 characters en een stapel minigames de aanschaf
rechtvaardigen.
Oordeel Super Mario 64 DS (NDS)
- Graphics 80
- Gameplay 88
- Originality
- Sound 85
- Replay 90
- Eindcijfer 92