Kruitdampen vermengt met zalig geurend lavendel
Het is begonnen met schemeren, maar ik zie de wereld nog helder en wel. Het kleine stukje maan, haast tragisch op deze avond, zinkt achter de tamarindebomen langzaam maar gestaag omlaag, de wereld geleidelijk aan hullend in een sluier van duister. Een gloed die warm oogt, maar kil en koud aanvoelt schijnt op onze lichamen neer. Kruitdampen vermengt met zalig geurend lavendel vult zo nu en dan mijn neusholte, als de wind de juiste richting in blaast tenminste. Boven de stad, wier door bommen vernietigde gebouwen en huizen worden gehuld in zwarte en grijze rook, zwermen als bronstige bijen vliegtuigen rond, welke elkaar beschieten. Kat-en-muis spelletjes op leven en dood, waarin de rollen aldoor omdraaien. Ratelende machinegeweren dringen het besef bij me op dat deze avond wel eens mijn laatste zou kunnen zijn. Een besef wat mij doet rillen en eveneens aanwezig moet zijn bij mijn kameraden, maar ook bij onze vervloekte tegenstanders.
Een bominslag van niet heel ver weg verscheurt deze sombere gedachtegang in lange, ruwe flarden; het nijdige MP40 geluid, de kermende fluiten die opstijgende bommen kenmerken; het wordt ineens duidelijk hoorbaar.
Ik druk m’n kille helm een klein beetje over m’n oren, in de hoop het geluid minder te horen. Ik laat mijn gedachten nog even verspringen naar enkele jaren terug: een zorgeloos bestaan in een rijke buitenwijk in Florida. Het huis verscholen onder de takken van een ligusterboom, ’s zomers waaide bloesem het grasveld op en de vijver in. De geur van gebakken kastanjes kan ik me zo weer voor de geest halen. Het stadje waar ik in woonde, met haar wit gepilaarde villa-huizen was een oase van rust en vrede, oorlog was een onbekend fenomeen. De hel waar ik nu met mijn Big Red One divisie in terecht gekomen ben staat er lijnrecht tegenover.
Dagboekfragment – Russell Jones, 1942
Intensiteit
Wat de makers en bedenkers met Call of Duty probeerden neer te zetten was een zo intens mogelijk tweede wereldoorlogservaring. Je streed zij aan zij met je Russische, Britse of Amerikaanse kameraden, banjerde dus ook door drie campagnes en voerde in deze campagnes variërende missies uit, terwijl je ondertussen compleet werd ondergedompeld in de sfeer van de tweede wereldoorlog. De explosies waren zowel op visueel vlak als op het gebied van geluid adembenemend, de wapens waren realistisch en authentiek en eigenlijk liep gewoon de hele game soepel als een goed geoliede TCV trein. Toegegeven: het spel was tot op het wuiven van de grassprieten aan toe gescript, vijanden bleven op bepaalde punten in het spel maar toestromen, maar als je de game gewoon speelde zoals het hoorde, erin opging, had je van deze scripted gameplay geen moment last en kreeg je een simpelweg geweldige ervaring voor de kiezen. Call of Duty 2 herhaalde dit kunstje en voerde ‘m zelfs nog beter uit; de intensiteit werd overduidelijk naar een hoger niveau getild.
Call of Duty voor de consoles, Finest Hour, heb ik nooit aan een speeltest onderworpen; hij kon na het spelen van de PC versie immers niets meer doen dan tegenvallen, leek mij tenminste. Nu twee jaar nadat CoD voor de PC me in hogere sferen bracht CoD2 precies hetzelfde met me doet, was er dan ook geen haar op m’n hoofd die ook maar overwoog de tweede Call of Duty console game, Call of Duty 2: Big Red One, aan te schaffen. Maar ach, ‘m gratis scoren is natuurlijk nooit verkeerd.
Natte wind
Helaas geldt dat niet voor de rest van de game. Als ik mij virtueel in een oorlog bevind, dan wil ik het gevoel hebben dat ik me daadwerkelijk virtueel in een oorlog bevind. Als ik rondloop in levels waarin de sfeer veelal ontbreekt, waarin soldaten bizarre, onechte dansen des doods uitvoeren als ik ze neerschiet, of waarin mijn eigen teammaten ineens besluiten in mijn spervuur te lopen, dan krijg ik dit gevoel niet. Als ik een granaat gooi, wil ik kort daarna het geluid horen van een exploderende granaat, niet het geluid van een bedeesde, natte wind. Op het moment dat ik mijn Thompson hanteer – door Amerikaanse gangsters uit de jaren 40 liefkozend Tommy-gun genoemd – wil ik voelen én horen dat ik met een wapen schiet. In Big Red One ontbreekt alle sfeer, gevoel en intensiteit waarvan je verwacht dat de Tweede Wereld Oorlog die zou hebben. Het ontzettend matige geluid, waarvan de voice-overs het lichtpuntje zijn, draagt hier veel aan bij, evenals het gebrek aan kogelgaten in muren en de belachelijke animaties en grafische foutjes. Als je iemand bijvoorbeeld met de kolf van je geweer voor z’n gezicht beukt, vliegt hij op een vreemdsoortige manier naar achter, en onderwijl ontbreekt het heerlijk doffe geluid wat je van een kolfdreun zou mogen verwachten! Maar ook als je op een gewone manier iemand dood schiet, in welk lichaamsdeel dan ook, ontbreken de animaties die aanwezig zouden moeten zijn bij een ter aarde stortend wezen. En floeps! Kort nadat hij de grond kust verdwijnt hij ook nog eens in het niets. Het proces van tot stof wederkeren wordt met factor 1.000.000.000 versneld.
Kleine plus
Wat ik de makers wel moet nageven is dat de omgevingen er stuk voor stuk behoorlijk goed uitzien. Elk gebied waar je vertoefd is flink groot, authentiek, en aan het eind van elke missie heb je het gevoel dat je met je squad meerdere kilometers hebt afgelegd. Ook zien de rookeffecten, die zo kenmerkend zijn voor oorlogen, er meer dan goed uit. Als shooter an sich is het spel ook niet enorm slecht, alleen is het kunstje al 24280 keer eerder laten zien en meestal nog beter ook. De besturing, een ondergeschoven kindje bij console shooters, voelt wat betreft lopen goed aan maar qua mikken een beetje onwennig. Dit kan overigens ook liggen aan het feit dat ik op het moment helemaal in-to de superieure muis/toetsenbord shooter besturing ben, maar toch heb ik het idee dat het allemaal wat crappier aanvoelt dan bijvoorbeeld de koning der console shooters: Time Splitters. En over deze eenzame koning gesproken; het ontbreekt Big Red One net als Finest Hour aan een knotsgekke multiplayer mode! Hétgeen elke zichzelf respecterende shooter nodig heeft om de moeite waard te zijn en de moeite waard te blijven. Een 7 uur durende singleplayer campaign is immers niet een ster als het gaat om het opkrikken van de levensduur, of wel?
Maar deze 7 uur durende singelplayer campaign is dan wel weer behoorlijk gevarieerd, zoals je in de eerste alinea van deze pagina al kon lezen. De missies op zich zelf zijn afwisselend en bovendien mag je af en toe ook lekker rampagen in een dikke vette tank. Met het wapenassortiment zit het ook eigenlijk wel goed, al is het nogal curieus dat het eerste schot van welke machinegun dan ook even precies knalt als een rifle. Een van de vele onrealistisch- en onjuistheden die BRO kenmerken.
Middelmatigheid ten top
Concluderend kan ik stellen dat Call of Duty 2: Big Red One gewoon een verschrikkelijk matige game is. De omgevingen mogen dan best goed zijn, afwisselend kun je het spel ook wel noemen, maar het is onvergefelijk dat vrijwel alle andere elementen enorm onaf en afgeraffeld voelen. De sfeer, die hoofdzakelijk wordt bepaald door mooie muziek en denderende gebeurtenissen, ontbreekt vrijwel volledig en je zult nooit écht het gevoel hebben dat je deel uitmaakt van de grootste oorlog uit de geschiedenis van de mensheid. Ook komt duidelijker dan in welke game naar voren dat dit spel zo scripted als de pest, wat in CoD1 en CoD2 enorm kundig wordt verhuld maar in deze game zo duidelijk zichtbaar is als een pikzwarte neger omgeven door 1000 blanken. Big Red One heeft zo zijn momenten, maar gezien het feit dat er zo ongelooflijk veel shooters te koop zijn die het kunstje beter flikken, kun je ‘m maar beter gewoon in de schappen laten liggen. Ben je een die-hard Tweede Wereld Oorlog fan? Haal dan gewoon de échte Call of Duty 2 in huis, soldier.
Oordeel Call of Duty 2: Big Red One (NGC)
- Graphics 70
- Gameplay 60
- Originality
- Sound 65
- Replay 40
- Eindcijfer 60